De politie pakte deze week tien man op, verdacht van stropen en illegale wapenhandel. “Stropen is goeie business”, weet de jachtopziener. En de pakkans is klein.
Het gebeurde drie jaar geleden en boswachter Hans van der Weele weet het nog goed. „Ik was samen met een brigadier van de politie te voet aan het surveilleren. We hoorden gekraak in het bos. Zien we ineens een man die een ree bovenop een ander ree legt. Aan de rand van het bos, bij z’n auto, klaar om in te laden. Toen we hem aanspraken, had hij een smoes. ‘Ik wilde jullie bellen om te wijzen op stropers.’ Maar hij was het zelf. Een ex-jachtopzichter. De brigadier sprak hem aan, de man legde zijn wapen neer, dat heb ik snel weggelegd.”
Bang uitgevallen is Van der Weele niet. Maar langzamerhand, na zesendertig jaar werken, voelt de boswachter uit Zeeland de behoefte niet langer onbewapend door de gebieden te struinen die hij namens Staatsbosbeheer in Zeeland in de gaten houdt. „Het stropen neemt toe. En het geweld ook. Straks staan ze met kalasjnikovs voor je. Er komt een moment dat je voor het dilemma staat: moet je ingrijpen, of is dat te gevaarlijk met zulke zware jongens.”
Bron: NRC Handelsblad