Fred hield hersenschudding over aan een mishandeling
Na stevige onderhandelingen met de minister van Justitie en Veiligheid hebben we het voor elkaar gekregen: het lokale gezag kan besluiten dat de boa’s in de gemeente met een korte wapenstok uitgerust worden. En dat is niet voor niks. Want het geweld tegen boa’s neemt toe. Tijdens de coronacrisis, maar ook voordat boa’s de noodverordeningen moesten handhaven hadden zij al veel te maken met geweld. We spreken in deze vierdelige serie met handhavers uit Leeuwarden, die voor en tijdens de coronacrisis een geweldsincident meemaakten. Al in 2019 vroeg de burgemeester van de Friese hoofdstad verdedigingsmiddelen voor zijn boa’s aan. Vandaag het verhaal van Fred.
“Officieel heb ik een parkeercontroledienst, de dag van de mishandeling in 2019. Samen met mijn collega kom ik op een hotspot, een plek waar veel overlast is. Daar staat een groep van zo’n tien jongeren tussen 14 en 18 jaar te blowen. We bekeuren twee auto’s en er komt commentaar op vanuit de jeugdgroep. De jongeren staan op een plek waar het verboden is om te komen, omdat daar veel overlast wegens wildplassen is.
Waarschuwing
Ik loop naar de groep toe en zeg: ‘jongens dit kan zo niet. Jullie mogen hier niet staan, dat weten jullie ook. Jullie krijgen een waarschuwing en ik wil jullie namen.’ Een van de jongens zegt: ‘ik wil eerst zien dat je echt boa bent.’ Ik antwoord dat ik dit spelletje niet ga spelen. Ik ben in uniform en heb die jongen al eerder een keer aangesproken. Er ontstaat een welles nietes discussie, waarop de jongen zegt ‘fuck you, ik peer hem.’ Dan vorder ik de ID bewijzen van alle jongeren. Sommigen staan al met hun ID klaar, naar deze ene jongen blijft vervelen. Ik pak hem beet en zeg dat het nu klaar is: ‘ik heb je een waarschuwing gegeven, je ID gevorderd, je werkt niet mee. Dus bij deze ben je aangehouden.’
Tegen hoofd geschopt
Daarop begint de jongen enorm tekeer te gaan. Hij schopt en slaat met zijn vuist keihard op mijn mond. Er gaat een tand door mijn lip en ik begin te bloeden. Een andere jongen valt me van achteren aan. Mijn collega vraag om politie assistentie, maar de vijf minuten totdat de politie komt duren in mijn gevoel heel erg lang. In die tussentijd -ik heb de jongen nog beet- slaat hij mijn bril van mijn hoofd. Het lukt me niet om hem te boeien, omdat ik steeds van achteren wordt aangevallen door de andere jongeren die mij achterop mijn hoofd slaan. In het handgemeen met de verdachte vallen we voorover en hij slaat mij op mijn hoofd. Ik ben meerdere keren op mijn hoofd en tegen mijn benen geschopt en geslagen. Doordat de verdachte een jas met gladde stof aanheeft, komt hij even los van mij en mijn collega en pakt iets uit zijn zak. Het is een boksbeugel, die hij op de grond smijt als jij de sirene van de politie hoort. Een van zijn maten pakt het wapen op. Als de politie er is vluchten de jongeren alle kanten op en nemen de boksbeugel mee.
Ook tegen de politie is de jongen agressief, hij beledigt en bespuugt de agenten.
Hersenschudding
’s Avonds kan ik niet slapen. Ik heb een druk op mijn achterhoofd en voel me misselijk en niet lekker. De volgende dag ga ik toch naar het werk. Maar de dokter raadt me aan om thuis te blijven, omdat ik een hersenschudding heb opgelopen. Op het werk vangt het bedrijfsongevallen team me goed op en krijg ik een gesprek met de burgemeester.
Geweld neemt toe
Onze burgemeester heeft wapenstok en pepperspray voor ons aangevraagd, maar dat hebben we nog steeds niet gekregen. Ik heb het psychisch wel even zwaar gehad na dit geweldsincident en ben een paar weken thuisgebleven. Nu gaat het weer goed met me. Maar het geweld tegen handhavers is landelijk de laatste tijd nog meer toegenomen. Schelden met allerlei ziektes, spugen en hoesten in ons gezicht en roepen ‘ik hoop dat je corona krijgt’. Onbegrijpelijk vind ik dat.”